De BAR M1918A1 wapens kwamen reeds Europa binnen vanaf februari 1918. Hij moest bij de Amerikaanse troepen de rampzalige en onbetrouwbare Chauchat mitrailleur doen vergeten en vervangen. Ook het Franse leger bestelde nog 15.000 stuks maar deze werden uiteindelijk nooit geleverd omdat de oorlog toen al was geëindigd.
Browning kon voor de productie van beide types van wapen totaal niet volgen met de vraag vanuit het Europese continent. Verschillende andere wapenproducenten vielen in om aan de productie te kunnen voldoen. Zo werden er M1917 modellen geproduceerd bij Browning in Westinghouse, maar ook bij Remington en Colt (waarmee Browning zeer kort samenwerkte). De lichtere versie werd buiten bij Browning zelf ook nog uitbesteed bij Colt, Winchester en Rockwell.
Beide types van mitrailleurs zouden zelfs binnen Europese legers tot de Koreaanse oorlog dienst blijven doen zonder veel aanpassingen.
In 1930 kreeg België de toelating van Browning om de bestaande BAR M1918A1 te wijzingen van het originele kaliber van 7.62 mm (.30') naar het standaard Belgische kaliber van 7.65 mm. Dit model van de Browning, gekend onder zijn naam Browning FM30 stond ook bekend als de "Belgian BAR". Het was zeker één van de betere handmitrailleurs bij aanvang van WO II.
Het wapen was iets zwaarder dan het basiswapen met zijn 9.3 kg. Het werd eveneens gevoed met een magazijn van 20 patronen. De vuurkadans was instelbaar van 350 tot 600 schoten per minuut. Daarnaast was eveneens schieten schot per schot mogelijk. De vuursnelheid was praktisch identiek met 850 m/s. Het wapen werd trefzeker beschouwd tot op 550 meter.
Foto's boven: verschillende opstellingen ten velde van dit type mitrailleur. Onderaan: Belgische troepen van de 10e Linie, latere Ardeense Jagers, met Browning FM30 mitrailleurs. (Alle foto's: Replica) |